Geslacht:
man
Naam:
Clarus Gerard Martinus Quack
Echtgenoot van:
Trijntje Zijlstra
Geboortedatum:
29-03-1862
Geboorteplaats:
Brakel
Overlijdensdatum:
12-11-1911
Overlijdensplaats:
Amsterdam (woonde laatst Schiermonnikoog)
Type:
Graf
Grafrij:
48
Grafnummer:
09

Clarus Gerard Martinus Quack

Ds. C.G.M. Quack JCWzn.

Clarus Gerard Martinus Quack werd op 29 maart 1862 in Brakel geboren als zoon van Johan Christiaan Willem Quack en Neeltje Draaijer. Hij studeerde na zijn gymnasiumtijd aldaar in Leiden. Hij werd in 1887 kandidaat in Overijssel en op 8 april 1888 benoemd tot predikant in Rockanje. Vanaf 1890 stond hij in Laren (Gelderland), in Winterswijk (vanaf 28 mei 1893), in Deventer (4 november 1900) en in Goutum (7 oktober 1906). Op 2 april 1911 werd hij benoemd op Schiermonnikoog, waar hij werd begraven na zijn overlijden in Amsterdam op 12 november 1911.
Hij trouwde in 1893 in Utrecht met Anna Maria Catharina Rebel (1858 – 1945), van wie hij in 1908 scheidde. Later dat jaar trouwde hij in Rotterdam met Trijntje Zijlstra (1879 – 1962). Zij kregen twee dochters, Aukje Neeltje Hermina Christina (1908 – 1990) en Neeltje Petronella Godefrieda Antoinetta (1910 – 2001). Zijn weduwe overleefde hem ruim 50 jaar en werd na haar overlijden in 1962 naast hem begraven.

*

Leeuwarder Courant, 14 November 1911
Ds C.G.M. Quack †
Schiermonnikoog, 13 November 1911. Heden is te Amsterdam overleden onze predikant, Ds C.G.M. Quack, vroeger te Goutum. De overledene was maar kort hier en had zich zeer bemind gemaakt.

 

Leeuwarder Courant, 28 September 1912
KERKNIEUWS
De vacature op Schiermonnikoog
Het weekblad voor de Vrijzinnige Hervormden had er zijn bevreemding over uitgesproken, dat na het overlijden van ds. Quack op Schiermonnikoog diens weduwe in het gratiejaar den dienst waarnam. Thans deelt het blad mee, hoe het geval zich, naar mevrouw Quacks eigen verklaring, heeft toegedragen.
Toen de predikant overleden was, heerschte er op Schiermonnikoog groote verslagenheid en miste men des Zondags zeer zijn preeken, die hoog werden gewaardeerd. Met het oog op de slechte reisgelegenheid en de door hen zelf te betalen reiskosten, spraken de ringpredikanten met den consulent en den kerkeraad af, dat er om de drie weken dienst zou worden gehouden. Door storm en ijs konden zij echter den geheelen winter niet komen.
Terwijl dit de gemeente, die vrijzinnig is, vrij omverschillig liet, daar alle predikanten van den ring op één na orthodox zijn, kwam er intusschen groot verlangen naar de preeken van den heer Quack. Men sprak er over met de weduwe, en zeide, dat men ze nog zoo gaarne eens zou willen hooren. Toen kwam zij op de gedachte, die preeken voor te lezen. Het plan vond instemming, en zoo ging zij ’s Zondags vóór Kerstmis naar de kerk, en las daar, in het hekje voor den preekstoel staande, een preek voor. De gezangen, die er bij aangegeven stonden, werden door de gemeente gezongen. Bij het begin en bij het einde bad zij het Onze Vader. Daarna heeft zij met Kerstmis, met Oudejaarsavond en vervolgens iederen Zondag op deze wijze een preek gelezen. Toen het voorjaar was geworden, konden de ringpredikanten weer komen, en preekte er een om de veertien dagen. Den anderen Zondag las zij.
In de laatste twee maanden is dat echter niet gebeurd, omdat zij op reis is geweest, en er van kerkgaan toch niet veel komen kon, omdat de meeste menschen het huis vol badgasten hadden. Maar nu nadert weer de winter. Met het slechte weer zullen de ringpredikanten niet kunnen komen. En dan? Dan is er officieel geen dienst. In een officieele godsdienstoefening mag mevrouw Quack niet optreden; dat mogen alleen daartoe bevoegden. Maar als er geen dienst is . . . men staat wel kerkgebouwen af voor het geven van orgelconcerten en het houden van redevoeringen over de zending, over staatspensionnering, over onthouding, zelfs over politiek.
Natuurlijk mag het kerkgebouw met evenveel recht ter beschikking van mevrouw Quack worden gesteld, om een preek voor te lezen, een gebed uit te spreken en de aanwezigen tot zingen uit te noodigen. Als men maar niet denkt, dat er dienst is, dat er een officieele godsdienstoefening wordt gehouden – en dat officieele laat natuurlijk zoowel mevrouw Quack als de inwoners van Schiermonnikoog volslagen koud -, is de zaak volkomen in orde. Men kan dan niet zeggen, dat zij vóórgaat in de godsdienstoefeningen.”
Maar wat doet dat er toe! In de gegeven, zeer bijzondere omstandigheden schijnt het ons verreweg het best, dat zij haar leesbeurten voortzet. Wij eindigen met voor haar optreden onze waardeering uit te spreken.”

 

Leeuwarder Courant, 12 December 1946
KERKNIEUWS
DE NED HERVORMDE GEMEENTE VAN SCHIERMONNIKOOG
Sedert haar zelfstandig bestaan heeft deze gemeente 27 predikanten gehad, de pas bevestigde cand Renier is de 28ste.
Schiermonnikoog was gecombineerd met Nes tot 1617 en daarna met Paesens tot 1638. In 1644 deed de eerste predikant op het eiland Cornelis Pieters van Assendelft zijn intrede nadat de heer van het eiland, Stachouwer daarvoor goedkeuring tot beroeping had gegeven.
Van de 28 predikanten was het langst in dienst ds Harm Wilts Hundlingius, hij stond hier van 7 Dec 1828 tot aan zijn emeritaat 1 April 1885 dus ruim 56 jaar.
Ds C G M Quack was hier het kortst werkzaam, na de intrede op 2 April 1911 overleed hij den 12den November van hetzelfde jaar.
De langste vacature duurde ruim 10 Jaar, van 1 April 1885 tot 10 Nov 1895.
De laatste vacature was ontstaan 1 Oct 1943 door het emeritaat van ds J N Drost.

 

Gemeentelijke Begraafplaats Schiermonnikoog

De website is voor u gemaakt met behulp van vrijwilligers en mede tot stand gekomen dankzij een subsidie van de provincie Fryslân