Pieter Smink

Pieter Smink (1955 – 2015)
“Een echte Schiermonnikoger visser”.
Bron: Jaarboek 2015

Pieter Smink wordt op 17 augustus 1955 geboren op Schiermonnikoog en is de oudste zoon in het gezin Smink, met moeder Anna Smink- Kip en vader Jan Smink. Zijn broertje Ugo wordt acht jaren later geboren en daarmee is het gezin Smink compleet. Pieter en Ugo zijn in hun jeugd heel veel samen. Pieter gaat naar de openbare lagere school en daarna naar het voortgezet onderwijs op Schiermonnikoog. School en Pieter zijn geen goede combinatie. Pieter vindt school helemaal niets en daarom stopt hij na twee jaren voortgezet onderwijs op 14-jarige leeftijd met de opleiding en gaat aan het werk.

Harde werker

Vanaf het moment dat Pieter besluit te stoppen met school, heeft hij nooit zonder werk gezeten. Op 14-jarige leeftijd begint hij te werken voor aannemersbedrijf Bonne Meintema. Na twee jaar maakt hij de overstap naar de viskar van Douwe Hellinga. Hierna gaat hij aan het werk bij aannemersbedrijf Pool en helpt hij mee aan het bouwen van verschillende vakantiewoningen in bungalowpark De Monnik. Hierna maakt hij de overstap naar de vuurtoren en is hij een tijdje vuurtorenwachter. Doordat Pieter verkering krijgt met Annie gaat hij verhuizen naar Leeuwarden en vindt hij een baan bij het loodswezen in Delfzijl. Wanneer de verkering uitgaat gaat Pieter terug naar Schiermonnikoog. Hij gaat dan aan het werk bij de supermarkt 4=6 waar hij de boodschappen bezorgt en verantwoordelijk is voor de zuivel in de winkel. Na al deze verschillende banen en ervaringen vindt Pieter, na zijn baan in de supermarkt, zogezegd zijn roeping. Hij wordt visser op de viskotter van Betto Bolt uit Zoutkamp.

Visserman in hart en nieren

Pieter maakt in de meer dan dertig jaren dat hij visserman is ontelbaar veel reizen op zee. Hij  is altijd drie weken van huis en drie weken thuis. In de drie weken dat Pieter van huis is wordt er keihard gewerkt en valt hij altijd enkele kilo’s af, maar deze weet hij er in zijn drie weken verlof ook altijd heel snel weer aan te krijgen. In 1999 krijgt hij een ongeluk aan boord, waardoor hij zijn ribben en een schouderblad breekt. Van dit ongeval ondervindt hij erg lang veel hinder. De klachten blijven en ook de dokters weten niet goed wat er nu precies met Pieter aan de hand is. “Het zit tussen je oren”, zeggen de dokters die niets kunnen vinden. Na jarenlang aanhouden van klachten en dokteren wordt er uiteindelijk de ziekte van Bechterew gediagnosticeerd en moet Pieter stoppen met zijn geliefde beroep.

Zorgzame vader

Pieter ontmoet Ria in 1983 in het boothuis. Ria werkt in St. Egbert.  Pieter vaart in die tijd al, waardoor hij veel van huis is. Met elkaar afspreken is hierdoor lastig. De collega’s van Ria weten op een zeer creatieve manier te achterhalen wanneer Pieter weer thuis is met verlof. Ze plakken namelijk een briefje op de containers van St. Egbert met de opmerking dat Ria graag wil weten wanneer Pieter thuiskomt. Als vader Jan Smink achter de containerwagen staat vindt hij het briefje en geeft hij de dag door dat Pieter thuiskomt. Wanneer het briefje gevonden wordt door de collega’s van Jan Smink is dit ook geen probleem, want ook zij geven dan door wanneer Pieter thuiskomt. Pieter en Ria trouwen op 6 mei 1988 op Schiermonnikoog.

Pieter wil graag vader worden en op 9 mei 1989 wordt de eerste dochter Jessica geboren. Op 26 januari 1993 komt de tweede dochter Monica ter wereld. Hiermee is het gezin van Pieter en Ria compleet. Pieter is een zorgzame vader. Na de basisschool van Jessica wordt er door de Inspecteur Boelensschool gezegd dat zij geen onderwijs kunnen geven aan Jessica. Zij kan volgens hen, gezien haar toetsuitslagen, beter onderwijs gaan volgen op de Boumaschool in Dokkum. Pieter is het hier totaal niet mee eens en zet alles in werking om Jessica toch toegelaten te krijgen op de Boelensschool. Na vele gesprekken en inspanningen, mede van André Berends, wordt er de afspraak gemaakt dat Jessica het een half jaar mag gaan proberen op de Inspecteur Boelensschool. Pieter besluit zelf zitting te nemen in de MR, zodat hij er na een half jaar voor kan zorgen dat ze zijn dochter niet van de school verwijderen. Dit blijkt helemaal niet nodig. Jessica doet het, zoals Pieter al had verwacht, uitstekend op school en sluit haar schooltijd na vier jaren af met een diploma op zak.

Vissen, blijft zijn grootste passie.

Vissen blijft de grote hobby van Pieter. Samen met Johan Statema zet hij de fuiken voor de paling in de slenken. De gevangen paling rookt hij zelf. Er zit steeds iemand bij de fuiken van Johan en Pieter. De beide mannen proberen te achterhalen wie dit is, ze hebben wel een sterk vermoeden maar zeker weten doen ze het niet. Hierdoor besluiten de mannen ’s ochtends voor dag en dauw in de duinen te gaan liggen om zo te kijken wie deze persoon is. De dader krijgen ze helaas niet te pakken. Naast het vissen op paling met de fuiken zet Pieter ook netten met Martin Feitsma, Bennie Kleinenberg en Ben Kroon. De laatste jaren helpt Kees van der Wal hem met het staandwantvissen. Het boeten van de netten doet Pieter altijd zelf. Naast het vissen is Pieter ook een echte hondenman. Pieter heeft in zijn leven altijd een hond gehad. Met de blonde bouvier Dusty ging hij zelfs naar de hondententoonstelling. Het was een prachtig beest, maar luisteren, ho maar. De katten in de buurt waren niet veilig met Dusty in de buurt.

Achteruitgaande gezondheid

De laatste jaren gaat de gezondheid van Pieter steeds verder achteruit. Behalve dat hij de ziekte van Bechterew heeft is Pieter ook hartpatiënt. Hij heeft een ICD (Implanteerbare Cardioverter Defibrillator). De medicijnen die hij gebruikt voor zijn hart combineren niet met die van de Bechterew. Hierdoor slikt hij geen medicatie meer voor de Bechterew met als gevolg dat hij heel veel pijn heeft. Pieter praat niet over zijn slechte gezondheid en brengt ook niet naar buiten hoe slecht het eigenlijk met hem gaat, zelf weet hij dat volgens Ria wel. Pieter overlijdt op 17 oktober in het ziekenhuis in Groningen.